woensdag 22 februari 2012

Nigeria / Owerri (Biafra)

Na een lange winterslaap nog is tijd om hier wat te posten.

4 januari reed ik Owerri / Nigeria binnen.
Meteen naar de grootste kerk van de stad in het verlengde van de hoofdbaan. Vandaar uit  belde ik Father Maobi, die ik drie jaar geleden in België / Leuven had leren kennen in de Faculty club. 'Moest ik ooit in Nigeria komen zou ik hem bezoeken'. Hier was ik dan ik zijn geboortestad. Touristen zijn hier niet te bespeuren. Een blanke heb ik sinds men vertrek uit Lomé niet meer gezien. Hier is ook niets om langs te 'touren'.
Ook niet als men hier connecties heeft. Maar die had ik dus wel, en dat maakte dat ik hier heel wat 'getoerd' heb. Niet naar klassieke bezienswaardigheden, wel mee een week op visite bij de lokale bevolking. En niet zo maar de eerste de beste!
Maobi kwam naar de kerk en na een hartelijk onthaal volgde ik zijn auto een 5 tal km naar een buitenwijk van de stad. Daar woonde hij zo anoniem mogelijk in een rustige buurt. Priesters zijn in Afrika nog steeds, zeg maar, figuren waar men naar opkijkt. Dit is nog een continent waar ouders trots zijn wanneer één van hun telgen priester wordt of is. In Europa zijn dat al lang vervlogen tijden.

Als vertegenwoordigers van God krijgen ze respect en aandacht. Aandacht ook in de zin van nodig hebben. Te veel naar de zin van Maobi. Vandaar dat slechts weinigen wisten waar hij woonde. Opvallend is de versterkte vesting die huizen hier wel lijken. Zware stalen poorten, bijna altijd prikkeldraad bovenop de omheining en het huis opzettelijk niet geschilderd. Het oogt dan onaf, waardoor zijn bewoners hopen potentiële inbrekers te doen geloven dat er (nog) niets te halen valt. Erg aantrekkelijk ziet het er zo inderdaad niet uit. Het creëert een grauwe sfeer. Mensen moeten hier voor hun eigen veiligheid zorgen want de politie slaagt er niet in de misdaad aan te pakken.
Nog straffer, zij nemen grootschalig deel aan de corruptie in dit land. Aan ontelbare politie controles word 'tol' geëist. Ook bij mij probeerden ze dat soms. Door een overtuigd vast houden aan een 'no, i'm not sintaclaus' met een speels lachje, lieten ze me wel altijd door.

De dag erop nam Father Maobi me mee in zijn degelijke Toyota met airconditioning naar een kerkelijk huwelijk ergens 30 km ten westen van de stad.

Rijdend over stoffige wegen, zeg maar de jungle in, viel me op hoeveel kerken van verschillende strekkingen hier alweer zijn. Die godsdienst-'gekte' had ik namelijk al eerder in Ghana gezien. Allemaal vereren ze dezelfde Jezus Christus en zijn vader in de hemelen. Maar over een aantal zaken zoals interpretatie en rituele handelingen zijn ze het fundamenteel niet eens. Ieder zijn eigen kerk dan maar.

Dat fenomeen kennen we bij ons ook, zei het dan in veel mindere mate. Hier mag je er gerust een dozijn stromingen bijdoen, niet in het minst van Amerikaanse evangelische strekken a là 'miracle churches'.
Mirakel verkondigende priesters schreeuwen door gigantische luidsprekers dat 'when you believe in the Lord Jezus Christ, whatever you want will come true!' Je kunt niet niet gehoord hebben, want je trommelvliezen trillen achteraf nog na.  Halleluja...


De 'talk of the day' onder de bevolking is hier nochtans  de ongeëvenaarde corruptie in dit land, waarvan een grote deel van de bevolking in armoede leeft en met minder dan een paar euro een dag door moet, ondanks dat Nigeria het zesde grootste olieproducerende land ter wereld is. De opbrengst daarvan verdwijnt grotendeels in de zakken van een kleine superrijke elite.
De Nigeriaans miracle priesters zullen nog grotere luidsprekers moeten aanschaffen om hun boodschap te wereld in de brullen. Link > Do Nigerian Miracle Ministries Discredit the Faith?

Algoed is father Maobi van een andere strekking. Die van de 'gewone rustige' katholieken die hun geloof niet (meer) opdringen. 'Niet meer', want er zijn andere tijden geweest in onze beschaafde katholieke geschiedenis. De kerk is niet altijd zo beschaafd en mensvriendelijk geweest. De pedofilie schandalen van de 21 en 20ste eeuw verdwijnen in het niets vergeleken met de duistere geschiedenis van de 'inquisitie'.


Maar goed, een mens kan niet zonder rituelen, ze scheppen een band. Als 'speciale gast' had het trouwkoppel mij natuurlijk graag bij op de foto. Hoe zou je zelf zijn als één bleekscheet de vreemde eend is in je entourage. :-) Links is Father Maobi te zien. 











In een volgende post het vervolg van deze week in Owerri.
KLIK HIER om Iwerri / Nigeria in googlemaps te bekijken.


maandag 23 januari 2012

Onderweg

Er is intussen al zoveel gebeurd (en gewijzigd, meer daarover later) dat een combinatie van tijdsgebrek en slechte of geen internet verbinding me het pas nu mogelijk maken deze blog bij te werken.


Dag 1(2 januari):
Alleen onderweg vandaag. Vroeg opgestaan en rond 7u vertrokken.
'Is dit nu wat ik plezant vind?' vroeg ik me af na een kwartier. Hm, ja zeker, anders zat ik maar in het koude België.
Hier is het op de middag bijna 35 graden.
Om de hectische kuststeden als Coutonou in Benin en Lagos in Nigeria te vermijden reed ik een 120 tal km. landinwaarts om dan de goede asfalt te in te ruilen voor een landweg met regelmatig onzichtbare putten en bulten die me via het binnenland tot aan de grens met Benin zou brengen.
Voorzichtig reed ik traag (25 Km/u) rond de putten en bulten, regelmatig voorbijgestoken door lichte motorfietsen met o.a. vrouw en twee kinderen, achterop, twee volwassen (3, bestuurder inbegrepen) of groot olievat dwars achterop een 70 cm links en rechts uitstekend etc. Binnen de paar minuten waren die uit het zicht verdwenen…
Die mensen kennen natuurlijk die verbindingswegen tussen de dorpen als hun broekzak. Daarom besloot ik op een moment aan te sluiten op een voorbije snorrende brommer en in zijn zog kon ik makkelijk tegen 50 - 55 km/u mee zigzaggen over de weg tot…

een klein biggetje luid krijsend de weg dwars over rende, recht… voor mijn wiel…


'Oh nee, niet alweer!' riep ik in de seconden na het biggetje geramd te hebben, dat nog luider krijsend zijn achterpoten, kreupel door de aanrijding, over de weg sleepte.
Men schuddend stuur was niet meer onder controle te krijgen en daar werd ik weer (deze keer langs rechts) de motor afgeslingerd om enkele seconden later een meter of 5 van men moto vandaan op te staan. Nogal wat motorrijders hun eerste reactie is op dat moment zich af te vragen hoe het met de motor gesteld is en daarna met zichzelf.
Ik dus ook meteen al vloekend naar men motor. Denkend dan men reis al teneinde was vanaf dag 1 op de motor.
Waarom moest dat stom big nu juist voor mijn wiel de weg overlopen? miljaar toch!
Intussen waren al een aantal mensen uit de naburige hutten komen aanlopen die me meehielpen de motor recht te zetten.
De schade viel wonderwel mee. Naast een aantal schuursporen op men rechter zijkoffer was enkel de rem-voorhendel totaal afgebroken. Algoed had ik een reserve bij.
Terwijl een oud klein dametje met een bezem het stof van mijn rug veegde was de locale dorps-scooter monteur al bezig de hendel te vervangen met het gereedschap dat ik hem gaf.
Bekomende van de schok keek ik dan eindelijk hoe het met mezelf gesteld was. Naast wat kneuzingen en een lichte schaafwond onder mijn rechter elleboog had ik verder niets. 
Als dank gaf ik mijn oude regenboog zonnebril aan de monteur cadeau.

30 minuten later was ik alweer onderweg en voelde dat men linker schouder terug pijn deed. Die was nog maar net genezen van de eerdere zware val in Senegal op 1 december 2010. Sakker sakker...
Het is maar hoe en waar je valt met een motor. Na de gelijkaardige val 13 maanden eerder kon ik een week niet meer rijden door een zwaar geblesseerde linkerschouder en een gezwollen voet. Enkel door pijnstillers te slikken die Tony bijhad konden we die dag nog een stad en hotel / bereiken.
Deze keer kon ik gewoon doorrijden. Wel voorzichtig terug verder tegen 25 Km/u naar de grens deze keer.
Algoed kreeg ik aan de grens geen problemen met mijn carnet de passage. Hoelang mijn motor in Togo mocht blijven wist ik niet. In Marokko was dat 4 maanden en mijn motor was bijna 6 maand in dat land wat me een boete van duizend euro kostte.
Eens de grens over van Benin was de weg terug geasfalteerd en was ik dezelfde dag nog rond 15u bijna aan de grens tussen Benin en Nigeria en besloot een slaapplaats te zoeken in het dorp Kétou en de dag erop de grens over de steken die 12 km verder was.

Dag 2
Aan de grens aangekomen kon ik 12 km terug rijden. Grrr…
Want de douane post was niet aan de grens maar in Kétou, 
waar ik net vandaan kwam.
Enkel de politie post om mijn visum te laten uit stempelen was aan de grens.   


De 'identiteitskaart' van mijn moto, het carnet de passage dus, moet ook steeds in en uit gestempeld worden.
Eens de grens over van Nigeria was mijn eerste indruk van dat land dat het erg armoedig was. Gedaan met asfalt, inplaats daarvan roodbruin stof op hobbelige wegen en op de verroeste stalen golfplaten op de daken van de huizen, nee, eerder stallen.







Douane en politie post waren niet te bespeuren. Na wat rondvragen werd ik een aantal landwegen opgestuurd om zo terecht te komen in wat men bij ons als leeg staande schoolgebouwen zou beschrijven. Enkel de Nigeriaanse vlag was een aanwijzing van een officiële instantie.

Na de formaliteiten kon ik gelukkig één km verder een asfalt weg op richting de stad Abeokuta. Tot men verrassing werd ik in de eerste 10 km voorbij de grens wel tot 12 keer tegengehouden. Soms om de paar honderd meter. Per controle post werd slechts steeds één document gevraagd. De ene keer men gele kaart ter bewijs van inenting tegen gele koorts, de volgende stop men visum, de volgende men carnet. En zo tot drie, 4 keer opnieuw...
Je tegenhouden gebeurt simpelweg door een lange rechte dikke tak vol grote nagels geslagen over de weg te leggen.
Een foto van een 5tal controle posten met slechts 100 meter ertussen mocht ik niet nemen. ‘Topsecret’ weet je wel.
Bij een controlepost moet je je ook enkel maar een soort afdak met stro op voorstellen.
Slechts één of twee keer waren de controleurs in uniform en hadden ook machinegeweren bij zich. De anderen droegen gewone tot armzalige kleding en één keer stopte ik ook voor enkele lieden die me enkel tegenhielden om geld te vragen. Op de duur weet je dus niet meer voor wie je beter wel en niet moet stoppen. Opletten dus steeds.
Voorbij de stad Abeokuta lag de enige expressweg / autostrade die ik zou volgen tot in Owerri waar Father Maobi op de hoogte was van mijn komst.

Nigeria is het zesde grootste olie producerende land te wereld en zou in principe een perfect wegennet kunnen aanleggen en zijn bevolking een hoge levensstandaard kunnen bieden,maar wegens enorme corruptie komt daar weinig of niets van in huis. Dus ook hier betekend rijden op de weg: op je hoede zijn.
Uitgebrande autowrakken langs de weg die niet weggehaald worden wijzen nog is op het ontbreken van een structuur in dit land. 
Om de 5 kilometer deze keer ook weer controle posten, deze keer echter steeds door geüniformeerde politie met machine geweren en jeep langs de weg. Geen één keer moest ik echter mijn papieren laten zien. Het passeren van de controle posten verliep van handje schudden tot een vriendelijke groet en welkom to Nigeria. Een enkeling vroeg me wel is of ik een cadeau voor hem had.
Een keer zag ik van ver iets wat ik eerst beschouwde als een grote metershoge goed georganiseerde en solide versperring opgeworpen door de politie. Bleek dat, wanneer ik er voorbij reed, enkel een gigantische vrachtwagen te zijn die daar ooit gekanteld was en 3/4de van de baan Versperde. Die lag daar gewoon, uitgebrand, zo te zien niet van gisteren, en die bleef daar ook gewoon liggen. De eigenaar is er niet meer in geïnteresseerd en ook de politie niet. Zo gaat dat in dit land.
rond 16 uur stopte ik bij wat later het enige hotel langs die baan leek. Een gelukstreffer dus.

zaterdag 31 december 2011

Platte meute en vochtige lucht

Na slechts 4uurtjes geslapen te hebben werd ik deze morgen alweer wakker rond 8u. Kan ik me thuis niet voorstellen. Uur later merkte ik echter dat een grote boodschap doen wel erg vlot ging, een half uur later alweer, en een halfuur later nog is... Oh nee, niet dat nu weer, morgen of overmorgen dacht ik te vertrekken. Als de overactieve stoelgang overgaat in chronische scheisserij kan ik dat wel vergeten.

Héhé, rond 15u stabiliseerde de darm activiteit gelukkig. Het moet de sterke gist van men 6 donkere Guinness bieren geweest zijn. Met deze een tip voor mensen met moeilijke stoelgang. :-)
Enfin, het word dus overmorgen vertrekken. Flink aangeschoten tot ferm bezopen Togolezen toch maar beter vermijden. Zeker als ze 'en masse' op hun scooters rondsnorren.

Bekeek ik vandaag men helm toevallig is langs de binnenkant en... bweikes, moet je dit zien!
Ruiken kan je niet, maar het ruikt, nee, stinkt muf. Is opzetten? 
Een muf hoofd inplaats van een suf hoofd dan. :-)


Een gevolg van de continue hoge luchtvochtigheid hier. Wel tot 90 procent vertelde de hotel eigenaar aan wie ik dit toonde. Maar meteen de helm ondergedompeld in een grote emmer, daarna met een stuk zeep erin gewreven, dan met de watersproeier erop. Morgen nog maar is herhalen en em op het dak in in de felle zon (33 graden) te drogen leggen.

Op Jezus Christus gezeten!

update:
Heel ongewoon voor mij: Voorbije nacht 'op de lappen' geweest. Eergisteren hoorde / zag ik hier 5 jonge dames van rond de 25 jaar aankomen. Ik leek Vlaams te horen. Vandaag zaten ze in het restaurant, was ik nieuwsgierig en slenterde er langs om te horen welke taal ze nu spraken. En inderdaad, Van den Belgique. 2 van Leuven, 2 van Antwerpen centrum en omstreken, één van Aalst. Ze werken hier en in het buurland Benin. We geraakten aan de klap en een uurtje later nodigden ze me uit mee te gaan, ieder apart op een scooter. Prijs: halve euro pp. om 10 minuten te snorren naar een hippe tent wat slechts een groot terras leek te zijn, vol met zwarten (hoe kan het anders) en een grote luidspreker waar we bovenuit moesten zien te praten (roepen). 10 meter in de buurt ontplofte vuurwerk, waarschijnlijk als voorbereiding op vanavond. Op de één of andere manier kwam een zwarte jonge dame zich nestelen tussen ons. Een uur later zijn we dan de grootste en hipste discotheek van West Afrika gaan bezoeken. 'Le privélege'. Alé vooruit, in mijn wit boxershirt met campingvest met vele zakken, korte safari broek en op mijn crocks mocht ik zonder problemen binnen. Blank zijn opent hier blijkbaar deuren. Inkom: 1.500 cfa. omgerekend 2,30 euro, één drank inbegrepen. Nee, geen watertje of limonade, maar guinness bier uit een flesje of wat dan ook.
Landje van plezier hier voor 'rijke' blanke hedonisten. Isabelle, ons onverwacht gezelschap van slechts 20 jaar had zichzelf mee uitgenodigd. En dansen kon ze, op z'en Afrikaans / Westers op de zware beat van de DJ, en maar schudden dat poepke, mijn 5 vlaamse gezelschap dames genoten er ook van. In mij had Isabel echter wel veel interesse. Goed, ik mee dansen met haar. Paar minuten later richtte ik me op een paar sympathieke Afrikaanse mannen en ging daarmee op zijn 'Afrikaans' dansen op hippe R&B muziek. Mijn danservaring opgedaan op alternatieve fuiven in België kwam hier goed van pas. De mythe van de Afrikaan die zo in zijn lijf zit t.o.v. een blanke doorprikt; één blanke alvast dan toch.  Daarna terug naar ons wulps Isabelleke die me plots in mijn kruis greep…
Jaja, haar motieven waren duidelijk. Ik al dansend naar het tafeltje waar we met z'n zessen zaten. Isabelleke wist niet goed waar ze het had. Een blanke die vriendelijk tegen haar was, hip met haar danste en toch niet meer wou?
Alé vooruit, tussen 9 tot 2u heb ik zo'n zes donkere Guinness bieren op. Algoed dat de scooter-taxi's ons vervoerden.
De 'mijne' had een hoofd van Christus van toch wel 20 x 30 cm achterop zijn passagier zitje geplakt. Daar mocht ik op plaats nemen. 
Ik zat op Christus!


Ik ben zinnens morgen te vertrekken maar twijfel nog.
De blanke garagist maande me tot voorzichtigheid. Oudejaarsavond word hier duchtig gevierd en op nieuwjaarsdag moest ik niet verrast zijn om de 10 km getuige te zijn van een accident. Alcohol controles zijn in dit deel van de wereld onbekend.
Hmm, vanavond meng ik me sowieso niet onder het feestgewoel, ik heb mijn portie feesten en drank voorbije nacht al gehad. 
Gewoon alles klaar maken voor vertrek en vroeg naar bed.

Stalen ros van stal & herstel / nazicht

Cool, gistermorgen de motor van stal gaan halen. 






Daar stond hij nog zoals ik hem half januari achtergelaten had. Enige verschil waren de dikke spinnenwebben tussen de zijstand en een halve centimeter stof op het groene kunststof zeil waar hij met afgedekt stond. Hocus, pocus... zeil eraf en daar zagen we mijn stalen ezel volledig met enkele kartonnen dozen op het zadel waarin men helm en kledij opgeborgen zaten tevoorschijn komen (meer foto's).
Meteen maar de nieuwe batterij erin gestoken. Testen of de oude het nog deed interesseerde me niet. Sowieso ging ik geen twee batterijen meenemen en ik had in België al eerder twee batterijen na een 3 maand stilstand van de motor moeten vervangen. Deze stond nu meer dan 11 maand stil en zelfs moest ik ze terug aan de praat krijgen zou ik ze niet vertrouwen.
De voorband stond plat en met men mini-compressor kwam ik heel ervaren over bij de verbaasde glimlachende blanke hoteleigenaar en zijn twee Afrikaanse werknemers. Aangesloten op men motor batterij met 2 klemmetjes had ik in 2 min. en twee controles er 2,2 bar ingepompt.
Right, nog even men spullen in men reiszak geladen en terug naar het hotel waar men kledij meteen naar de wasserij(dame) ging. Zo muf als alles rook, was dat niet om aan te doen. Aan sommige van de ritssluitingen was groene oxidatie merkbaar. Het regenseizoen en de zeelucht hadden sporen nagelaten.
Na een fris slaatje verorberd te hebben plofte ik (één cylinder ploft vaak) naar de KTM garage om het vervelende, ja zelfs luid irritant getril aan men dashboard te laten nakijken. Door dat onhoudbaar gebibber ben ik men drie kompanen in de laatste week van december vorig jaar kwijtgespeeld! LOL.
Op rechte perfecte asfalt reden we van Noord naar Zuid aan een vlotte 120 km/u. Laatst rijdend minderde ik vaart tot 90 km. om het trillen te laten afnemen. Onder de 4000 toeren produceert deze één cilinder namelijk heel wat minder vibratie waardoor ook het trillen ergens links aan men dashboard verdween. Om de anderen terug bij te benen gaf ik twijfelachtig men ezel echter terug de sporen om 2 minuten later langs de kant te gaan staan: dat geratel moest stoppen! Het leken wel metalen tanden die op elkaar klapperden! Snel een kartonnen prop achter men instrumentenbord geduwd en terug vol gas achter de anderen aan, die intussen ergens in een zijweg in de schaduw van een boom stonden te wachten op mij, zo bleek later, maar ik voorbij gezoefd ben tegen 120 - 140km/h denkende ze aan de horizon te kunnen inhalen...
Stevige plastiek aantrek strips daarna rond het dashboard hielpen enkele dagen, maar niet definitief. Ze bleek vandaag weer. Dus is onder de loep laten nemen. En wat bleek? Een gebroken verticale staaf in de beschermende frame rond het dashboard (foto)... Vandaar het metalen geklappertand geluid. Een gevolg van mijn valpartij in Senegal nog. 
De Tony Togo garage blijkt zowat de referentie voor elke ‘overlander’ en inderdaad, naast het lassen van de staaf meteen de standaard binnenband vooraan later vervangen door een dubbel zo dikke heavy duty 4 mm. exemplaar. Dikker bestond er niet vertelde de bandendealer in België me. Volgens de garage hier zou er echter ook 6mm. bestaan. Grrr.
Enfin, ook ineens van het blauwe spul vanaf, waarvan Tony Stabroek (die zich nu in Dakhla / Westelijke sahara bevind) meer dan een jaar geleden zowat een halve liter in onze banden spoot in de hoop op bescherming tegen platgereden banden door nagels. Toen hij echter voor de deur van Peter / Bikershome in Zuid Marokko zijn achterband verdacht plat zag staan merkte hij een dikke nagel op in de band, trok die eruit en samen met de resterende lucht spoot ook het blauwe spul eruit waarna zijn motor in luttele seconden plat op de velg stond... hahaha! Hoop doet leven.
Een fiets / mountain bike band volgespoten met dat spul zou wel afdoend zijn. 
Naast dat het niet veilig zou zijn om motobanden ermee vol te spuiten verstopte het het kleverige spul ook mijn vorige bandendrukmeter. Weg er mee dus.
Toekijkend op de handige KTM monteur die aan mijn moto sleutelde en lastte kwam ik nog te weten dat zij met ‘bib mousse’ (een binnenband van schuim zonder lucht) makkelijk een jaar rijden. Hij kende hier zelfs een paar Zwitsers die al bijna 2 jaar op dezelfde bib mousse band reden.
In België zetten ze er veiligheidshalve slechts drie maand op!
Het enige ‘nadeel’ zei Tony Togo hier, is de snelheidsbeperking. Beter niet meer dan 110 km/h ermee rijden. In West Afrika is de kans om dat te doen echter zeer beperkt. Het ideaal systeem dus om zonder risico op platte band Afrika te doorkruisen. Voor mij te laat, want:
1 hij had ze niet op stock voor mijn 21 inch voorwiel
2 mijn achterwiel velg is 17 inch en ze bestaan enkel voor 18, 19 & 21 inch.
Pech dus. In Zuid Afrika is rond kijken voor een 18 inch velg achteraan.
Een gelukstreffer was de nieuwe batterij die ik meegesmokkeld heb want Tony Togo had enkel een groter model (dat dus niet zou passen) en een kleiner model dat enkel voor depannage van mijn Yamaha zou kunnen dienen zei hij. Ik had hier mooi gestaan als ik men batterij had moeten afgeven op de luchthaven in Zaventem. Bestellen van het juiste model kon hij blijkbaar ook niet. Dat is dan toch wat ik in mijn gebrekkig en praktisch geen Frans kennende kon vragen / verstaan. Twee keer: ‘Pas possible pour le juste batterie, aussi pas àprés attendéz une semaine? in combinatie met wat gebarentaal leek het me toch te doen.
Enfin ik ben gesteld en voorbereid.

donderdag 29 december 2011

The Eagle has landed

Spannend was het in Zaventem nog even aan de incheck balie van Air Maroc. Mijn reserve motor band mocht niet mee... 'gevaarlijk materiaal'. Wat er gevaarlijk kan zijn aan een rubber achterband van 5 kg. kon ik niet vatten. De voorbije winter maakten Ryanair & Jetairfly er geen probleem van naar Marokko, maar het zijn de luchtvaartmaatschappijen die de regels bepalen.
De juffrouw achter de incheckbalie pleegde een telefoontje en nogmaals kwam de bevestiging: Auto en motor onderdelen niet toegelaten. Dat hoorde onder 'Cargo'. Vijf minuten later kwam er dan een hoge piet van Air Maroc aan die blijkbaar welwillend was en ook geen graten zag in een motorband als bagage. Die telefoneerde ook nog is en blijkbaar kon het ineens wel. Oef! Niet via de rolband weliswaar aan de incheckbalie, wel werd er een identificatie plakker rond gedaan en hij zou worden opgehaald door de iemand van de cargo. Ik mocht hem laten staan.
Dan begonnen een paar spannende uren. Zou ik opgeroepen worden via de luidsprekers terwijl ik wachtte om aan boord te gaan? 'Mijnheer Janssens, gelieve u te begeven naar de bagage afdeling van Air Maroc...'
Niet voor mijn band, dat was in orde, wel voor iets verdacht in mijn grote bagagezak die ze gescand zouden hebben zoals de bagage van elke reiziger. Volgens horen zeggen openen ze die enkel in aanwezigheid van de eigenaar.  Elke telefoon rinkel aan de balie van gate 26 maakte me wat nerveus. Ik wist namelijk, al een paar weken eerder, dat ik iets vervoerde wat niet mocht van Air Maroc: Een nieuwe moto batterij ter vervanging van die in mijn moto die intussen bijna een jaar stilstaat hier in Togo.
Of ik de bagage controle scanners bij de neus heb genomen door mijn batterij 10 maal te omwikkelen met zilverpapier alvorens er nog is een een dikke reserve rubber binnenband rond te draaien, of de toezichter van dienst even zat te dromen terwijl mijn bagage onder zijn scanner voorbij rolde zal ik nooit weten, opgelucht was ik wel toen de vlieger opsteeg richting Cassablanca in Marokko. 3 uur later was het daar aanschuiven in open lucht, bij een kille 14 graden, aan de vlieger naar Togo.
Stipt om 3:05u raakten de vliegtuigwielen de landingsbaan in Lomé, hoofdstad van Togo. Wanneer de deur van het vliegtuig openklapte, stroomde lucht binnen die in temperatuur verdubbeld was. De Togolees Jo-le-Taxi was zoals afgesproken op post.

En terwijl ik dit schrijf lopen de gekleurde hagedissen onder de tafels op het terras van hotel Le Galion op 150 meter van het strand.











binnen een uurtje voert Jo me naar een verzekering kantoor zodat ik een nieuwe 'carte brune' (locale voertuig verzekering) kan aanschaffen die geldig is voor heel West-Afrika en dus tot en met Nigeria.
Niet dat men veel moet verwachtten van zo'n lokale verzekering, maar het is wel verplicht. Bij politie controles (en als blanke op een moto word men sowieso vaker tegengehouden, al is het meer uit nieuwsgierigheid ét pour une cadeau) worden drie zaken gevraagd:
internationaal paspoort, rijbewijs en carte brune.

Morgen dan samen met de blanke hotel eigenaar de motor uit zijn stalling halen (5 km land inwaarts), nieuwe batterij erin en nog even naar Tony Togo, een blanke mekanieker hier en KTM dealer om mijn rammelend dashboard te laten fixen. Als er geen oponthoud opduikt hoop ik overmorgen op oudejaarsdag of 1 januari te vertrekken.
Het eten smaakt me hier alvast in het hotel! Zeker in vergelijking met voorbije januari toen ik hier geen hap door de keel kreeg na 5 dagen en nachten continue kinine-baxters toegediend gekregen te hebben in een privé hospitaal ter bestrijding van een zware malaria aanval.
Deze keer heb ik pillen (Lariam) op voorhand genomen.
Ziezo, tijd voor de taxi bijna.

Edit om 18u: carte brune in orde (60€) en meteen voor een 400 Euro Nigeriaans geld gewisseld op de zwarte markt. Met goede internet verbinding en airco op de kamer is het hier best aangenaam.

zondag 25 december 2011

Boeddhistische kerstboodschap

Wat schrijft een mens zoal in de laatste dagen voor zijn vertrek naar Afrika?
Eenzaam ende alleen thuis zittend (liggend in bed) viel op facebook me dit bericht op:

"In the Christian tradition, we learn that Jesus is the Son of God. It means that through Jesus you can touch the ultimate dimension, the ultimate reality, the ground of being, the almighty. We also learn that Jesus is the Son of Man. As the Son of Man, he belongs to the historical dimension where there is being and non-being, birth and death, sameness and otherness, good and evil. Notions that make us suffer. These can be the foundation of our fear, anxiety, and suffering. But Jesus is not only the Son of Man, he is also the Son of God. If we get in touch with Jesus deeply enough, then we can see this ultimate dimension. We have to see Jesus as both. In the Buddhist tradition, it is very clear that everyone belongs to the historical dimension and we also belong to the ultimate dimension. This is our nature and we can learn to transcend our notions.


Thich Nhat Hanh"







Voilà, met deze boodschap wens ik iedereen een zalig kerstfeest.
En voor de lotgenoten onder jullie, vergeet niet: 'In de eenzaamheid vind men de eenheid.'
Het is niet voor niets dat mensen die zich 'geroepen' voelen (niet dat ik iets voel of hoor) zich van de wereld afkeren, de belofte van kuisheid afleggen en zich ontdoen van wereldse zaken. Niet dat ik dat heel letterlijk neem, maar het lot laat me nu eenmaal geen keuze. Als gedwongen avonturier begeef ik me dan maar als een monnik van het leven op zijn stalen ros op weg naar nergens.

Ja, 'nergens', want hoewel ik naar Togo in Afrika vlieg op 28 dec. (feestdag van de onnozel kinderen, wees de geestelijke van mijn dorp me op), weet ik beGod niet waar ik ga uitkomen. Ja, Zuid Afrika is het doel, maar de weg ernaar toe gaat niet geplaveid zijn. Zeker niet omdat ik geen visum voor Angola heb en het blijkbaar niet meer word gegeven in Afrika zelf.

Magere troost is dat ik niet alleen ga zijn. Er zullen nog 'overlanders' zijn zonder visa voor Angola en dus moeten rondrijden door... de democratische republiek van Congo. Van Kinshasa naar Lumumbashi in het zuiden van dat land.

Niet dat het niet haalbaar is, want twee jonge belgen, die ik ontmoette voorbije winter in West Afrika hebben daarna die route alleen gedaan op 2 moto's. Een man en een vrouw, dokters van opleiding en lefgozers. :-) hier hun verhaal: crossing of DRC.
Dat geeft moed. Als zij het kunnen, kan ik het ook :-)

Maar goed, zo ver is het nog niet. De eerste maand zal ik bezig zijn met het doorkruisen van Togo > Benin > Nigeria > Kameroen. Van die landen heb ik al visa. Rest me enkel nog een visa te halen van Congo in de hoofstad van Kameroen, en dan naar Kinshasa in DCR, waarvoor ik ook al een visum heb, geldig tot 1 maart. Rond die tijd hoop ik aan de Victoria watervallen in Zambia te staan, om dan verder via Namibië tot in Zuid-Afrika / Kaapstad te rijden. Veiligheidshalve heb ik mijn DJ vervanger ingelicht tot eind april over komende feesten.